Nadat in 2019 al een belangrijke uitspraak is gedaan over commissarissen en andere toezichthouders (zie onze factsheet daarover), heeft de Hoge Raad in zijn arrest van 26 juni 2020 (nr. 18/02684, ECLI:NL:HR:2020:1143) een soortgelijk oordeel gegeven over de werkzaamheden voor een bezwaaradviescommissie. In de casus die heeft geleid tot dat arrest werkte belanghebbende voor diverse bezwaaradviescommissies van diverse ministeries. Zij ontving daarvoor vacatiegelden. De Belastingdienst meende dat daarover btw is verschuldigd, maar de Hoge Raad dacht daar anders over. Volgens de Hoge Raad is weliswaar geen sprake van ondergeschiktheid wat arbeidsvoorwaarden en verantwoordelijkheid van de opdrachtgever betreft, ondanks het feit dat de bezoldiging wettelijk is vastgelegd. Echter, omdat de leden geen individuele taken en verantwoordelijkheden hebben, vormen de werkzaamheden als voorzitter of als gewoon lid van een dergelijke bezwaaradviescommissie geen zelfstandig uitgeoefende economische activiteit.
ONDERGESCHIKTHEID OF ZELFSTANDIGHEID?
Om als btw-ondernemer te worden aangemerkt dienen de activiteiten zelfstandig te worden uitgevoerd. Deze zelfstandigheid ontbreekt indien de activiteiten worden uitgeoefend in een verhouding van ondergeschiktheid. Die is volgens de Hoge Raad niet aanwezig wanneer de betrokken persoon de werkzaamheden of handelingen verricht (1) in eigen naam; (2) voor eigen rekening; (3) onder eigen verantwoordelijkheid, en (4) indien hij het aan die activiteiten verbonden economische risico draagt.
In casu overwoog de Hoge Raad dat de betreffende voorzitter en leden van de bezwaaradviescommissies hun werkzaamheden verrichten als lid van de commissies en niet op eigen naam, voor eigen rekening en/of onder eigen verantwoordelijkheid. Omdat zij hun vergoedingen toch wel ontvingen, als ze hun werkzaamheden verrichten, kon niet worden gezegd dat de voorzitter en de leden ter zake van het verrichten van de overeengekomen werkzaamheden de aan die werkzaamheden verbonden economische risico’s dragen. Het feit dat ze minder ontvangen als ze minder werkzaamheden verrichten, doet daar niet aan af. De Hoge Raad maakt duidelijk dat zelfstandigheid ook kan ontbreken in die gevallen waarin er geen juridische band bestaat waaruit een verhouding van ondergeschiktheid ontstaat ten aanzien van de arbeids- en bezoldigingsvoorwaarden en de verantwoordelijkheid van de ‘werkgever’ (bijvoorbeeld loondienstverhouding).
BELANG VOOR DE PRAKTIJK
Net als bij commissarissen en toezichthouders, kunnen in voorkomende gevallen ook de (vaste) vergoedingen die leden van commissies ontvangen, mogelijk buiten de btw-heffing blijven. Dit kan voordelig zijn indien het betreffende bedrijf of instelling geen of een beperkt recht op aftrek van voorbelasting heeft. Met name in gevallen waarin het betreffende lid namens de commissie handelt, en dus niet op eigen naam en voor eigen rekening, zal er niet snel sprake zijn van voldoende zelfstandigheid. Van belang daarbij is dat de commissie als zodanig naar buiten treedt bij adviezen, onderzoeksresultaten en dergelijk.
WIJ HELPEN U GRAAG
Bent u lid van een commissie en bent u niet in loondienst of heeft uw bedrijf of instelling een of meer commissies met leden die een afzonderlijke vergoeding ontvangen? Dan is het raadzaam om te laten onderzoeken of de vergoedingen mogelijk buiten de btw-heffing kunnen blijven. De specialisten van Cervus helpen u daar graag bij.
Cervus Belastingadvies B.V.
Geert Beuker
Jan Pieter van Eck
© Copyright 2022 – voorwaarden – privacy statement – website by Advice