De Eerste Kamer heeft onlangs ingestemd met het wetsvoorstel Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen waarover Cervus al eerder berichtte. Daardoor zijn gemeenten, provincies en andere publieke organisaties die een onderneming drijven vanaf 1 januari 2016 belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting (Vpb).

Op Prinsjesdag 2014 is het wetsvoorstel ingediend. Op dit moment hoeven overheidsbedrijven geen Vpb te betalen, tenzij ze bedrijfsactiviteiten uitvoeren die zijn opgenomen in de wet. Na inwerkingtreding van de nieuwe wet per 2016 is dat andersom: alle overheidsbedrijven zijn dan in principe Vpb-plichtig, tenzij een vrijstelling van toepassing is voor de activiteiten.

ONDERNEMING

Voor elke onderneming van een overheidslichaam geldt in deze plannen in beginsel Vpb-plicht. Een onderneming is een duurzame organisatie van arbeid en kapitaal die deelneemt aan het economische verkeer, met een objectief winstoogmerk. Voor de uitleg hiervan wordt aangesloten bij de al bestaande jurisprudentie. Of de onderneming al dan niet in een afzonderlijke rechtspersoon is ondergebracht, is niet relevant (rechtsvorm neutraal). Ook is het de bedoeling alle activiteiten waarmee in concurrentie wordt getreden, belastingplichtig te maken. Activiteiten die bestaan uit passief vermogensbeheer zullen géén onderneming zijn. De uitwerking van deze voorstellen kan in de praktijk merkwaardige effecten met zich meebrengen. Bijvoorbeeld als één overheidslichaam meerdere overnemingen drijft. Deze kunnen zonder nadere planning géén winsten en verliezen met elkaar verrekenen.

ALGEMENE VRIJSTELLINGEN

Het aantal vrijstellingen is groot. In de plannen is een aantal algemeen geldende vrijstellingen opgenomen. Vrijgesteld zijn:

  • ‘Echte’ overheidstaken of publiekrechtelijke bevoegdheden.
  • De louter interne activiteiten (denk aan interne administratieve afdelingen), welke vrijstelling wordt opgerekt in bepaalde gevallen van het onderling inschakelen van diensten door overheden onder elkaar.
  • Bepaalde samenwerkingsverbanden en tussen overheden.

SPECIFIEKE VRIJSTELLINGEN

Daarnaast komen er, mede ingegeven door politieke keuzes, specifieke vrijstellingen. Deze gaan gelden voor:

  • Bepaalde overheidsondernemingen die bekostigd onderwijs verrichten.
  • Bepaalde overheidsondernemingen die een academisch ziekenhuis exploiteren.
  • De zeehavenbedrijven, zolang er voor hen géén uniforme Europese regels voor de belastingplicht van deze overheidsbedrijven zijn.

PRAKTISCHE AANDACHTSPUNTEN

In het kader van een soepele invoering van de wet zijn in het wetgevingsproces nog veel aandachtspunten aan de orde gekomen. Met name bij de behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer. Zo zijn er handreikingen voor de praktijk gegeven die moeten helpen de gevolgen van de aanstaande Vpb-plicht te inventariseren. Ook mogen overheden die aannemelijk maken dat naast de niet ondernemingsactiviteiten slechts objectief vrijgestelde prestaties worden verricht een nihil aangifte doen in plaats van een volledig ingevulde aangifte.

Ten aanzien van een herstructurering voorafgaand aan Vpb-plicht heeft de Staatssecretaris aangegeven dat hij agressieve tax planning niet gewenst acht. Het is echter niet duidelijk wat hij daarmee bedoelt. Veel overheidsbedrijven zullen in meer of mindere mate moeten reorganiseren als gevolg van de plannen. Na de eerste quick scan, blijkt dat het in de praktijk lastig is om te bepalen of er sprake is van gecombineerde (vrijgesteld & belaste) dienstverlening en of er wel of géén deelname aan het economisch verkeer is. Een goede inventarisatie van alle activiteiten is met het oog op invoering van de wet cruciaal. Ook zal er de nodige aandacht moeten komen voor het gebruik van de juiste verrekenprijzen tussen de belaste overheidsbedrijven en (verder onbelaste) overheid waar zij onderdeel van uitmaakt.

ACTIE

Nu het moment van invoering van de wet snel nadert (2016), is het tijd om actie te ondernemen. De adviseurs van Cervus hebben een ruime ervaring met het Vpb-plichtig worden van (semi) overheidsbedrijven. Wij kunnen aan de hand van een quick scan snel inventariseren of Vpb-plicht voor uw onderneming of instelling van toepassing is en wat de gevolgen zijn. Vervolgens kan een plan van aanpak worden opgesteld.

Cervus Belastingadvies B.V.
Jan Pieter van Eck
+31 (0)6 2616 4880
jpvaneck@cervusbelastingadvies.nl

Delen: